De Hogeschool Rotterdam heeft diverse opleidingen waarbinnen studenten leren programmeren. De programmeertalen verschillen, evenals de toepassingen. Daarbij is het leren programmeren een relatief nieuw vakgebied en is er nog weinig wetenschappelijk onderzoek beschikbaar over goede manieren om studenten te leren programmeren. Algemenere didactische concepten blijken niet altijd makkelijk te vertalen te zijn naar een programmeerles. Bij de Hogeschool Rotterdam zetten programmeerdocenten zich gezamenlijk in om het leren van een programmeertaal toegankelijker en succesvoller te maken voor de studenten.
Een lezing van hoogleraar Felienne Hermans over haar boek ‘The Programmer’s Brain’ bij de opleiding Informatica plantte een paar jaar geleden het eerste zaadje. Het leren van programmeren bekeken vanuit de werking van het brein, sloeg aan bij de programmeerdocenten. Inmiddels hebben docenten van de opleiding Informatica, Technische Informatica, Applied Data Science and Artificial Intelligence en Creative Media and Game Technologies zich gezamenlijk verdiept in delen van het boek en elementen geïntegreerd in de eigen lessen. In februari worden de bevindingen gezamenlijk besproken.
Het instituut CMI van de Hogeschool Rotterdam ondersteunt en faciliteert de programmeerdocenten vanuit de Learning Community Leren Programmeren (LCLP). De LCLP biedt programmeerdocenten de gelegenheid om over de opleidingen heen met elkaar in gesprek te gaan en ondersteunt opleidingen die het programmeeronderwijs vernieuwen.
Komende tijd wil de LCLP meer programmeerdocenten bereiken en meer ervaringen en onderzoeken delen. We kunnen niet langer zeggen dat programmeren enkel een kwestie is van hard werken en trial-error. Daarmee doen we de studenten te kort. Meer weten over de LCLP? Neem contact op met LCLP@hr.nl.
